AFSCHEID VAN JEAN PAUL RINGOIR – zaterdag 24 november 2007

 

Monique, familie en vrienden van Jean Paul,

 

Vorige zondag rond de middag kwam die alarmerende telefoon vanuit de palliatieve ASZ afdeling.

Het ging niet goed met Jean Paul, zijn toestand ging snel achteruit.

JP, zoals velen hem noemden, voerde -omringd door zijn Monique en beste vrienden- zijn laatste uren strijd tegen die aanslepende en vreselijke ziekte, die hij steeds verdrongen had voor de mensen om hem heen.

 

10 minuutjes later stonden 4 sp.a mandatarissen rond zijn sterfbed.

Een afscheidsmoment dat hij spijtig genoeg zelf niet meer bewust kon beleven.

Of misschien heeft hij toch nog de mooie anecdotes gehoord die we stilletjes over onze zwarte krollekop in herinnering brachten.

Het was een spontane, ietwat ongewone manier om mekaar te ondersteunen tijdens zo’n moeilijk afscheid van een nog veel te jonge kameraad.

 

 

Jean Paul was een “monument” binnen de socialistische beweging .

Na zijn opleiding aan de Arbeidershogeschool, werkte hij na een korte fabriekservaring achtereenvolgens bij Bond Moyson, het ABVV, het Rijks PMS, het kabinet van Minister Detiège en de Internationale Federatie voor Amateursport, waar hij tegen 1 januari zijn pensioen had aangevraagd.

 

Nog indrukwekkender was zijn militante en geëngageerde inzet voor de MJA, de ABVV kadetten, de Jongsocialisten, de Rode Valken, het Trommelkorps, de Jeugdvrienden en uiteraard de Partij zelf.

Sinds zijn 18de was hij BSP lid en maakte hij, ik vermoed, ononderbroken deel uit van het partijbestuur.

Hij was nu nog steeds ondervoorzitter van het partijbestuur Aalst Centrum en erevoorzitter van het trommelkorps Bert Van Hoorick.

 

En… wij hebben het geweten, gevoeld en vooral gehoord.

Jean Paul was zoals men zegt geen gemakkelijke, hij kon het - samen met Monique overigens – de voorzitter soms best moeilijk maken.

Hij was ideologisch sterk, had een scherpe analyse, was kritisch, kende de geschiedenis en zegde rechtuit, ook ongezouten zijn mening.

Hij was rad van tong en kon niet tegen onrecht, een socialist in hart en nieren.

Zijn typische tussenkomsten, in die eigen stijl zullen velen met mij nu moeten missen.

Het laatste woord op onze vergaderingen zal nu iemand anders toekomen.

  

Dat ondervond men ook reeds in Vosseslag aan zee, waar men de toen 16jarige MJA vakantieganger vlug hulpmonitor maakte om zo een lastige deelnemer beter in het gelid te krijgen.

Maar ook in Aalst kreeg de toenmalige partijleiding haar deel van die allerte jongsocialist.

 

In een interview 25 jaar geleden verwoordde Jean Paul het toen als volgt:

“ Mijn kritische ingesteldheid heb ik wellicht overgehouden aan mijn Jongsocialistenperiode.

Met een harde kern volgden wij toen zeer kritisch de partijwerking.

Er is trouwens een welgekende anecdote aan verbonden.

Toen we nog vergaderden in de benedenzaal van het volkhuis aan de Molendries, had onze groep zich in de zaal een vaste plaats toegeëigend van    waaruit wij dikwijls onze kritische bemerkingen afvuurden.

Op een bepaald moment werd opnieuw vanuit ‘onze’ hoek een tussenkomst gedaan, waarop de voorzitter Vic Van Der Heyden uitriep: ‘het is altijd hetzelfde met die Jongsocialisten daar!’, wijzend in de vertrouwde richting van waar we normaal zaten.

Deze keer zaten wij echter toevallig ergens anders!

Ja, ik ben steeds deze kritische rol blijven opnemen, vooral daar waar het gaat over de belangenverdediging van de nevenorganisaties.”

 

Beste vrienden, inderdaad, verschillende van onze nevenorganisaties hadden misschien vandaag zelfs niet meer bestaan zonder de onafgebroken inzet van de onafscheidelijke Monique en Jean Paul of was het van Jean Paul en Monique?

En ook het wijkcomité Beukenhof en de Nieuwbeek zullen nu één van die twee begeesterende harde werkers moeten missen.

 

Wat velen niet weten:  Jean Paul was ook een cultuurmens: hij verslond boeken, sprak zeven talen waaronder recent ook voorzichtig arabisch, hield van klassieke muziek en opera.

Eigenlijk was hij in ons midden ook altijd een beetje de gids, de animator die vlot een volle zaal kon boeien met taal en zang.

Vriendschap en Kameraadschap - er is nog een nuance - waren voor de gevoelsmens Jean Paul van groot belang.

De harde roeper JP had tegelijk een klein hartje.

En zo twijfelde ik in het citeren uit ons  ‘Vriendschapslied’ of ‘Les Copains d’abord’ van Georges Brassens, zijn lievelingsliederen.

Ik koos voor het laatste wetende dat de Franse taal, Frankrijk en zijn geliefde vakantieverblijf Cogolin voor hem ook steeds belangrijker werden.

 

Au rendez-vous des bons copains
Y avait pas souvent de lapins
Quand l'un d'entre eux manquait à bord
C'est qu'il était mort
Oui, mais jamais, au grand jamais
Son trou dans l'eau ne se refermait
Cent ans après, coquin de sort
Il manquait encore


Spraken de boezemvrienden samen af

Dan was er niemand die verstek gaf

En was één van hen niet op de boot

Dan was hij dood

En al was hij er niet meer bij

Zijn plaats bleef voor eeuwig vrij

Honderd jaar mogen voorbij gaan

Het gemis blijft bestaan

 

 

Monique veel sterkte verder nu.

 

JP, namens de ganse socialistische familie bedankt voor alles.

JP, je rode valken zijn hier vandaag nog een laatste keer bij u.

JP, je trommelkorps leerde ook speciaal voor u gisteren een passende mars.

JP, wees gerust, Bram en Tom zullen goed zorg dragen voor uw klaroen.

 

 

JP, Jean Paul, Kameraad,  Rode Valk, … vaarwel.

Vriendschap!

 

Patrick De Smedt,

Uw (dubbele) voorzitter.