OPSTART BEMOEIZORGPROJECT 18 NOVEMBER 2008

 

 

Vooraf mijn felicitaties aan de initiatiefnemers, de meewerkende organisaties en de subsidiërende overheid.

 

In een periode van moeilijke budgetopmaak bij stad en OCMW – dank aan het Provinciebestuur en de bevoegde deputé – maar toch wel met bedenking dat met het op gang brengen van nieuwe initiatieven met tijdelijke subsidiëring (ik heb begrepen voor dit initiatief 1 jaar, mogelijks verlengbaar) meteen ook telkens de kans wordt ingebouwd dat het initiatief ofwel na de gesubsidieerde periode moet stopgezet worden, of dat andere (lees dan de plaatselijke overheden) in de plaats moeten treden. In de lokale politiek noemt men dit tussen aanhalingstekens “vergiftigde” geschenken. Eddy begrijp me niet verkeerd, ik bedoel het algemeen. We zijn blij met de provinciale impuls voor dit project.

 

Dit initiatief heeft trouwens goeie kansen om ook na de (hopelijk verlengde) projectsubsidie periode verdergezet te worden, indien alle betrokkenen (ook en vooral de huisvestingsmaatschappijen) bereid zouden zijn om later hiertoe eigen middelen samen te brengen.

 

Deze overweging brengt mij natuurlijk ook voor andere welzijnsaspecten binnen het woonbeleid bij mijn ondertussen welgekende stokpaardje: “betere samenwerking en netwerking binnen het welzijnsveld” – in dit geval ook binnen de huisvestingssector – is nodig om zo te komen tot een meer gezamenlijke aanpak waarbij samengebrachte middelen efficiënter kunnen aangewend worden in het belang van toekomstige en bestaande (sociale) huurders. De gisteren opnieuw van start gegane woonraad heeft hier een belangrijke taak om eindelijk gezamenlijke inschrijvingslijsten en gezamenlijke sociale onderzoeken tot stand te brengen.

En in dit laatste verhaal past natuurlijk het bemoeizorgproject perfect.

 

De binnen dit project toegepaste methodiek en de opgedane ervaringen kunnen helpen om vanuit de woonraad en het Sociaal Huis ook andere samenwerkingsverbanden tot stand te brengen. Hierbij vernoem ik graag even het recente initiatief van het Dewaco-sociaal bureau.

Ik verwijs ook graag naar tal van andere waardevolle samenwerkingsinitiatieven in onze stad, met toekomstgericht ook het tot stand brengen van een effectieve één  loketfunctie door de 2 bestaande balies van Sociaal Huis en OCMW onder één dak te brengen in het hiertoe aan te passen OCMW gebouw.

 

Beste vrienden, bij zo’n pilootprojecten ligt de theorie en de praktijk (zeker in een beginfase) vaak ver uit mekaar. Het zal dan ook geen gemakkelijke oefening worden om de bemoeizorgbemiddelaar juist te positioneren naast de maatschappelijk werker van het OCMW, CAW, de woonwinkel en de huisvestingsmaatschappijen.

Belangrijk hierbij is steeds voor ogen te houden dat de bemoeizorgambtenaar niet in de plaats mag treden van de basishulpverlener of de financiële hulpverlener.

De grens tussen bemiddelen en effectief hulp verlenen zal steeds goed bewaakt moeten worden.

Men zal dus vooral goed moeten samenwerken, overleggen, evalueren en bijsturen opdat men niet overlappend zou werken

Permanent rekening houden met mekaars werk zal hierbij van groot belang zijn, - alleen zo kan het voor iedereen een win-win situatie worden.

 

Dames en heren, beste vrienden ik ben vooral blij dat met dit initiatief binnen het woonbeleid, naast het economisch gegeven waarbij uiteraard huishuurinning met alle gekende, vaak harde middelen, centraal staat, nu ook het noodzakelijk welzijnsaspect in relatie tot woonbeleid benadrukt wordt.

 

Laat dit mijn afrondende boodschap zijn : een oproep om duidelijk te maken dat Huisvestingsbeleid in de eerste plaats ook Welzijnsbeleid is.

 

Nogmaals gefeliciteerd en succes.

Op de steun en medewerking van het OCMW kunnen jullie rekenen.

 

Patrick De Smedt

OCMW-voorzitter

schepen van Welzijnsbeleid,

Sociale Zaken en Gezin